Nieuwe Steentijd

Prehistorisch aardewerk

 

De eerste boeren gebruikten aardewerk: potten, schalen en bekers van gebakken klei. Het diende om voedsel in te bereiden, op te dienen, te vervoeren en te bewaren. Het werd met de hand gemaakt: gekneed uit een brok klei of opgebouwd van een aantal op elkaar gedrukte kleirolletjes. Vaak werd het, als de klei nog zacht was, versierd met stokjes, kammetjes, touw of met de vingertoppen en nagels. Het aardewerk werd gebakken op een houtvuurtje. Gebakken klei blijft in de bodem lang bewaard. Doordat veel aardewerk kenmerkende vormen en versieringen heeft, kan de archeoloog vaak vaststellen waar en wanneer het is gemaakt.

boven
Drie potjes van de eerste boeren. De cultuur van deze boeren is genoemd naar de bandvormige versiering op het aardewerk: Bandkeramiek. (Foto: Rijksmuseum van Oudheden)


onder
Een standvoetbeker, een drinkbeker van de hunebedbouwers. De klei is met een stokje glanzend gepolijst en er zijn versieringen in de klei uitgestoken. (Foto: Rijksmuseum van Oudheden)

afbeelding1
afbeelding2